Wij hebben een heel boos meisje in huis. Het is niet altijd te voorspellen wanneer het gebeurt en in welke mate, maar iedere dag is het wel raak. Ik ben lang niet altijd voorbereid, omdat het uit het niets kan komen. Het ene moment ben ik samen aan het lachen en het volgende moment probeer ik te redden wat er te redden valt. Dit gaat me niet altijd goed af. Soms word ik ook boos. Ik kan me dan zo machteloos voelen, of ook oprecht boos zijn dat door een ander wordt besloten dat de harmonie ineens verdwijnt. Leven met een meisje dat zo lief is en tegelijkertijd zó boos kan zijn voelt alsof ik deelneem aan een spel waarvan ik de regels niet ken. Op mijn tenen en met samengeknepen billen begeef ik me op het speelveld. Iedere stap die ik verder kom zonder explosie voelt als winst en zo hoop ik het einde van de dag te halen. Spannend? Zeker! Leuk? Eigenlijk allang niet meer.
Het spreekt denk ik voor zich dat Jeroen en ik ons regelmatig hebben afgevraagd waar alle woede vandaan komt en wat we eraan kunnen doen. Waar missen wij als ouder iets? Geven we voldoende ruimte? Of juist teveel? Ik weet dat ik soms zo moe ben dat ik mijn dochter over me heen laat stuiteren. “Gebrek aan grenzen voelt als onveiligheid.”, lees ik dan op het internet. Maar de dagen dat ik maatregen op maatregel stapel en duidelijk de grens aangeef, voelen eerlijkheidshalve meer alsof ik alle grip verloren ben dan dat ik de boel zo lekker in de hand heb. Meer begrip tonen dan? Dochter legt haar handen over haar oren “Ik hoor je niet!!!”, schreeuwt ze.
Het is een fase. Het is een fase. Het is een fase, maar die duurt nu al ruim drie jaar. Mijn gezin is het liefste, mooiste, fijnste dat me ooit is overkomen. Zij maakte me moeder. Zij maakt dat ik weer opnieuw aandacht heb voor alle kleine mooie dingen in het leven. Zij houdt me als geen ander een spiegel voor. Zij laat me lachen met haar scherpe gevoel voor humor en haar verrassende visie en gedachten. Zij leerde me wat het is om écht geduldig te moeten zijn. Net zoals ze me leerde hoe we om moeten gaan met zorgen; waar wie die moeten onderzoeken en waar we die los kunnen laten. Zij is mijn hart aan de buitenkant. Maar ze maakt me ook zo verdrietig af en toe. Omdat ze zo boos is. En omdat ik echt niet weet waarom.
Wat zegt ze er zelf over? Gaat het goed op school, en vind ze dat zelf ook?